Clublied FVC
Als de voetbal weer rolt over het grastapijt,
En het fluitje weer klinkt voor freekick of outside,
Het bezielt ons met geestdrift, wij strijden voor twee,
’t gaat voor het heil van onz’ naam FVC
Er bestaat maar één club, die voldoening ons schenkt,
Er bestaat maar één clubvlag, die ons tot zich wenkt.
Wij zijn trouw en verknocht aan de kleuren groen-geel,
Al wat zij eisen is ons nooit te veel.
Zolang wij aan hun zijde staan
Zullen zij nimmer meer vergaan.
Refrein:
Wij zijn de stoere FVC-ers,
Populair en wijd en zijd bekend
Hoort slechts de roep uit vele kelen.
“Hup groengelen, hup, hup groengelen.”
Wij zijn en blijven Huizum’s glorie,
Naar welk oord de voetbal ons ook voert,
Wij zullen al onz’ krachten geven,
Hoog onz’ club, onze sport, is steeds ons streven,
Hup, Hup Hup
Als de toss weer geschiedt, ’t competitierad draait
En de man langs de lijn met het vlaggetje zwaait,
Onz’ captain ons aanvuurt in woord en in daad,
’t gaat om de eer, FVC wees paraat
Dan kent ieder zijn taak en begrijpt er zijn plicht,
Het is eendracht en wil, waarvoor alles haast zwicht.
Hoog onz’ club is onz’ leus, wees sportief ons parool,
Onz’ kleuren groen-geel zijn daarvan het symbool,
Zolang wij aan hun zijde staan
Zullen zij nimmer meer vergaan.
Refrein:
Wij zijn de stoere FVC-ers,
Populair en wijd en zijd bekend
Hoort slechts de roep uit vele kelen.
“Hup groengelen, hup, hup groengelen.”
Wij zijn en blijven Huizum’s glorie,
Naar welk oord de voetbal ons ook voert,
Wij zullen al onz’ krachten geven,
Hoog onz’ club, onze sport, is steeds ons streven,
Hup, Hup Hup
